Enkele technische opmerkingen
Meten is weten. Helaas, het meten geeft geen enkel goed zicht op het portret. De bewonderaars meten niet, zij kijken en beleven wat ze zien. Ook dient de boetseerder die weg te gaan. Als de proporties niet kloppen met de verhoudingen kan het portret ons raken.
Ik trek een lange verticale lijn over het midden van het gehele gezicht. Het zicht op het gezicht wordt dan veel scherper.
Welke hoeveelheid van het haar, is de juiste verhouding met het gezicht?
Daarna meet ik met een passer verschillen in onderlinge afstanden. Hoe groot is de gezichtsschedel ten opzichte van de hersenschedel? Hoe groot is de afstand tussen de neusbrug en slaap? Hoe is de verhouding van de rondingen en vlakken?
Ik maak een foto van het model en plaats die naast een foto van het portret. Tegenstellingen zijn dan direct klaar en duidelijk.
Hoe kijken andere bewonderaars tegen het portret aan? Dat commentaar van voorbijgangers is zeer nuttig.
Wanneer is een portret klaar? Is er een tijdsdruk? Ik ga dan s’morgens vroeg tien minuten bij het portret zitten waarnemen en laat dan mijn fantasie de vrije loop. De ontdekkingen zijn dat steeds dat nieuwe facetten, nieuwe gezichtspunten zijn enorm, die ik niet voor mogelijk had gehouden.
Welk gevoel wekt het portret op. Zit er een ziel in, en spreekt die ziel?
Blijf rustig ademhalen, en achteraf blijkt er tevredenheid over, omdat er nieuwe inzichten zijn ontstaan waarvan ik opnieuw leer, Zijn/haar ziel ‘zal’ spreken.
Ook na maanden werk, zijn de laatste handelingen van het boetseren alom bepalend voor wat de bewonderaar opmerkt.